12 januari 2023

Ongeveer de helft van de mensen met schulden is laaggeletterd. Laaggeletterdheid betekent niet dat mensen helemaal niet kunnen lezen of schrijven, maar wel dat het onvoldoende is om te kunnen meedoen in de samenleving. Dat is niet alleen een obstakel voor het individu, maar ook een sociale en maatschappelijke uitdaging. Deze grote groep heeft extra aandacht en ondersteuning nodig.

Schokkende cijfers

De combinatie van moeite met rekenen en moeite met lezen en schrijven komt vaak voor. Naar schatting zijn van de 2,5 miljoen laaggeletterde inwoners in Nederland er 2,1 miljoen ook laaggecijferd. Deze mensen hebben (meer) moeite met het begrijpen van brieven en rekeningen. Zij weten niet goed wat er van hen verwacht wordt en hoe zij moeten reageren op zulke brieven. Ook zijn ze mogelijk meer afhankelijk van anderen, wat het risico op financieel misbruik groter maakt. Hierdoor kunnen er schulden ontstaan. Deze groep is dan ook oververtegenwoordigd in de schuldhulpverlening.

Hoe pak je het aan?

Gemeenten worden steeds vaker geconfronteerd met deze problematiek. Professionals die actief zijn in schuldhulpverlening willen laaggeletterden en laaggecijferden met problematische schulden (beter) kunnen helpen. Maar hoe pak je dat aan? Alleen al het herkennen van laaggeletterdheid kan lastig kan zijn. Mensen schamen zich ervoor en brengen het zelf meestal niet ter sprake. Vaak zijn ze bedreven in het verbloemen en verbergen. Ze zeggen bijvoorbeeld dat ze hun leesbril niet bij zich hebben en de brief waarom het gaat wel mee naar huis nemen. Als het om de combinatie van laaggeletterdheid en schulden gaat, dan is er een dubbel taboe.

“Schulden zijn vaak een symptoom van iets anders. Het is dus belangrijk om met je cliënt op zoek te gaan naar wat hem of haar helpt om uit de schulden te komen en te blijven!” Jenny Wildenbos, onderzoeker Lemon Lab

Het juiste moment

Belangrijk is het juiste moment te kiezen om de laaggeletterdheid – al dan niet in combinatie met de schulden – te bespreken. Dat kan vaak niet tijdens de acute crisis, maar je wilt het wel bespreken voordat het probleem is opgelost, want dan vervalt de urgentie, de aanleiding. Dus er in een later stadium op terugkomen is lastig. Een tip is om waar mogelijk te benoemen wat er aan de hand is en toestemming te vragen er later nog eens over door te praten. Zo laat je ook de regie bij je cliënt.

Realistische verwachtingen

Mensen te snel of zonder opvolging naar aanbod verwijzen, werkt vaak niet. Het gesprek openen over het onderwerp is al enorme winst. Dan is het wel belangrijk dat gesprek gaande te houden en vertrouwen op te bouwen. De motivatie van de cliënt is daarbij het vertrekpunt. Zo kun je vragen naar zijn/haar afwegingen en reflecteren op tegenstrijdigheden. Wellicht kan in een later stadium, door samen te kijken wat het beste bij de cliënt past, de stap naar (ontwikkelings)aanbod of hulp worden gezet.

Kennisdeling

Je doet en kunt dat als schuldhulpverlener niet alleen. Taalhuizen en bibliotheken hebben veel expertise op dit terrein. Daarnaast kunnen professionals sinds kort bij Kerckebosch een on demand college volgen over laaggeletterdheid. Deze online training (LAAGGELETTERDHEID – Wat als dure woorden jouw cliënt duur komen te staan?) biedt praktische informatie en handvatten om cliënten met lagere basisvaardigheden in de schuldhulpverlening te ondersteunen. De training is in samenwerking met Kerckebosch ontwikkeld door het onderzoeksteam van Lost Lemon, Lemon Lab, dat veel expertise en ervaring heeft met zowel laaggeletterdheid als schuldhulpverlening.

Meer weten?

Wil je meer weten over de onderzoeken en trainingen van Lemon Lab of ben je benieuwd wat Lost Lemon voor jouw organisatie kan betekenen? Neem dan contact met ons op, dan hoor je snel van ons.